Ter bescherming van het leefmilieu is het noodzakelijk om het huishoudelijk afval en het vergelijkbaar bedrijfsafval tot een minimum te beperken en het afval maximaal selectief in te zamelen.
Er dient prioriteit verleend te worden aan afvalvoorkoming en hergebruik van afvalstoffen.
In tweede instantie dient het huishoudelijk afval en het vergelijkbaar bedrijfsafval maximaal selectief ingezameld te worden.
Er wordt naar gestreefd om de inzameling van het huishoudelijk afval en het vergelijkbaar bedrijfsafval in de gemeenten zo optimaal mogelijk op elkaar af te stemmen.
De gemeente stelt voor de verwijdering van afval een recyclagepark ter beschikking waar onder bepaalde voorwaarden huishoudelijk afval en het vergelijkbaar bedrijfsafval kunnen aangeboden worden.
Vanaf 1 januari 2020 zal op het recyclagepark ook restafval van een particuliere huishouding en gelijkgestelde afvalstromen aanvaard worden.
Hiervoor dient het huidige huishoudelijk reglement, goedgekeurd door de gemeenteraad van 15 november 2017, aangepast te worden.
In deze aanpassing zullen ook een aantal andere elementen geactualiseerd worden :
- forfaitweging voor tuinafval, snoeihout en haagscheersel
- verkoop van artikelen.
Vanaf 1 januari 2020 wordt restafval, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en de gelijkgestelde afvalstromen aanvaard op het recyclagepark en dient het huidige huishoudelijke reglement op het recyclagepark geactualiseerd te worden.
Ook volgende punten zullen geactualiseerd worden :
Forfaitweging :
Voor tuinafval, snoeihout en haagscheersel wordt de forfaitweging niet meer toegepast omdat bij aanvoer van kleine hoeveelheden conflicten optreden met de gratis toegekende kilo's waarop de bezoeker nog recht heeft.
Verkoop van artikelen :
Naast het ter beschikking stellen van plastiek zakken voor PMD en gemengde plastiek, biozakken voor de GFT en compost, zal er vanaf 1 januari 2020 ook potgrond aangeboden worden.
Het decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid de artikelen 2, 40 en 41 betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad, evenals artikel 219.
Het decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald de artikelen 326 tot en met 338.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018, houdende de bepalingen openbaarheid van bestuur.
Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, gewijzigd bij decreten van 28 mei 2010 en 17 februari 2012.
Het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen, en latere wijzigingen (Materialendecreet), inzonderheid artikel 26.
Het Besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen, en latere wijzigingen (VLAREMA), in het bijzonder art. 5.1.1 e.v.
Het Uitvoeringsplan huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval, goedgekeurd op 16 september 2016 door de Vlaamse regering, en latere wijzigingen.
De beheersoverdracht die de gemeente heeft verleend aan het intergemeentelijk samenwerkingsverband IOK Afvalbeheer en de invoering van het DIFTAR-systeem met ingang van 28 mei 2005.
De gemeenteraadsbeslissing van 28 juni 2005 waarin de overname van het beheer van het recyclagepark door IOK Afvalbeheer werd goedgekeurd.
Het gemeentelijk belastingreglement op ophaling en verwerking van afval.
Het retributiereglement op het storten van afvalfracties op het recyclagepark.
Het huishoudelijk reglement goedgekeurd in de gemeenteraad van 15 november 2017 op te heffen en vanaf 1 januari 2020 te vervangen door het voorgelegde huishoudelijk reglement voor het recyclagepark (Diftar).