2020_GR_00026 - Zaak van de weg - Omgevingsvergunning - 2019/260 - Het oprichten van 17 woningen met aanhorigheden, parking, collectieve tuin en fietspad en nieuw ontworpen wegtracé - Heibloemstraat - Goedkeuring

Het lokaal bestuur Nijlen heeft op 19 december 2019 een aanvraag van een omgevingsvergunning ontvangen. Deze aanvraag betreft het oprichten 17 eengezinswoningen met aanhorigheden, het aanleggen van een nieuwe toegangsweg, fietspad en parkeerplaatsen in de Heibloemstraat.

Ligging van de aanvraag: 2560 Nijlen, Broechemsesteenweg, kadastraal gekend als 1e afdeling, sectie A nrs. 554 b, 553, 551 d, 552.

Het projectgebied is gelegen in de Heibloemstraat, op de grens van het woongebied en achterliggende agrarisch gebied. Volgens het RUP 'Kern Nijlen' is de site gelegen in artikel 1.3 'Woonwijken'.

Ten opzichte van de vorige verkavelingsaanvraag werd het ontwerp sterk herwerkt. Het voorliggend ontwerp betreft een inbreidingsproject met een nieuwe publieke toegangsweg vanuit de Heibloemstraat op de rand van de dorpskern van Nijlen. Het project omvat 17 klassieke gekoppelde eengezinswoningen opgericht als een knooperftypologie (cfr. beeldkwaliteitsplan).Dit is een bouwstrategie met landelijke typologie in collectieve ruimtelijke organisatie die de relatie legt tussen bebouwde kern en het agrarische landschap.  Op de hoek van de Heibloemstraat en de nieuwe ontsluitingsweg wordt een hoekgebouw voorzien bestaande uit 3 gekoppelde eengezinswoningen. De overige woningen worden geclusterd in 3 clusters van 4, 7 en 3 gekoppelde woningen als een boerderijtypologie met grotere volumes in relatie met het landschap en onderling geschakeld rond een gemeenschappelijk erf (collectieve tuin). De voorgevels van de woningenen zijn grotendeels gericht naar het aangrenzende open agrarisch gebied. Deze typologie maakt zo de overgang van het dorpsweefsel naar het landschap en bouwt zo de rafelige randen af. Ze maken een uitnodigend gebaar naar het dorp en een aanzet naar het landschap. Deze ruimtelijke setting werd in het beeldkwaliteitsplan uitgewerkt voor de kern van Bevel, maar kan ook in andere kernen toegepast worden. De boerderijtypologie weerspiegelt zich in de landelijke architectuur waarbij de clusters van woningen opgevat zijn als hoofdgebouw met aangebouwde schuur/stalling met vrijstaande Kempische schuurgebouwen rond de collectieve tuin die de verbinding maakt met het landschap.

De nieuwe publieke toegangsweg gaat ter hoogte van de nieuwe gemeenschappelijke elektriciteitscabine en afvalberging over in een private toegangsweg die de private parkeerplaatsen en tuinbergingen bereikt. Achteraan wordt een keerpunt voorzien dat tevens dienst doet als stelplaats voor de brandweer. Aan de voorzijde van het knooperf wordt een fietspad op de grens van het woongebied en het agrarisch gebied aangelegd dat rond de projectsite loopt en aansluit op een bestaande trage verbinding. Conform de stedenbouwkundige voorschriften van het RUP hebben alle woningen een gabarit bestaande uit 2 bouwlagen en een hellend dak. De woningen zijn 10 tot 12m diep. De zuidgerichte private tuinen in het binnengebied worden voorzien van een tuinberging. Deze zijn allen bereikbaar via de nieuwe toegangsweg vanuit de Heibloemstraat. Het parkeren wordt opgevangen d.m.v. 6 carports en 21 geclusterde parkeerplaatsen. Op deze manier wordt minstens 1,5 parkeerplaats per woonentiteit voorzien conform het RUP Kern Nijlen.

De nieuwe toegangsweg is 4,60m met aanliggend voetpad van 0,90m voor de 3 woningen op de hoek. Aan de overzijde is een groene berm van 1,25m gelegen. Deze toegangsweg gaat over in een trage verbinding op de grens van het woongebied en agrarisch gebied. De nieuwe trage verbinding sluit aan op de bestaande trage verbinding naar de Boerke Naasweg. Naast de trage verbinding is een berm en wadi gelegen alsook een bomenrij gelegen. Het openbaar domein beperkt zich tot deze toegangsweg en een gedeelte van de parkeerhaven achter de woningen 4 tem 7 en de trage verbinding met onverharde berm, wadi en bomenrij langs het agrarisch gebied. Daarnaast wordt het deel agrarisch gebied met een oppervlakte van +/- 7.000m² ook overgedragen aan het lokaal bestuur.

Er werd een openbaar onderzoek georganiseerd van 16 januari 2020 t.e.m. 14 februari 2020. Er werden 9 bezwaarschriften ingediend waarvan 2 keer 2 identieke. Betreffende de zaak van de weg handelen deze bezwaarschriften over:

1. Bijkomende mobiliteit in de Heibloemstraat:

• Samenvatting van het bezwaaronderdeel: Het project met 17 woningen genereert bijkomende mobiliteit in de Heibloemstraat. Men staat nu reeds 10 minuten stil om de Broechemsesteenweg op te rijden. De Heibloemstraat heeft een beperkte breedte met aan beide kanten een diepe gracht.
• Behandeling van het bezwaaronderdeel: Het betreffende deel van de Heibloemstraat richting de Broechemsesteenweg heeft een rijbaanbreedte van 4,50m met naastliggende goten en nog een voetpad langs weerszijden van +/- 1,50m. Voor een lokale weg type III erftoegangsweg wordt een breedte van 4-5m vooropgesteld voor tweerichtingsverkeer. Een rijbaan van 4,50m is dus voldoende breed opdat 2 wagens elkaar kunnen kruisen in de Heibloemstraat. In 2018 beschikten de 9.453 Nijlense huishoudens over 11.522 personenwagens wat neerkomt op 1,22 wagens per gezin. Uit de beschikbare gegevens blijkt dat dit aantal personenwagens per huishouden sinds 2010 stabiel varieert tussen 1,20 en 1,22 wagens per gezin (http://statistieken.vlaanderen.be/QvAJAXZfc/notoolbar.htm?document=SVR%2FSVR-Mobiliteit.qvw&host=QVS%40cwv100154&anonymous=true). In een project van 17 woongelegenheden komt dit neer op 21 wagens. De mogelijkheid bestaat dat bepaalde huishoudens over 2 wagens beschikken. Aan een gemiddelde van 1,5 wagen per woonentiteit zijn dit 26 wagens. Aan een gemiddelde van 3 voertuigbewegingen per wagen per dag zijn dit 63 tot 78 voertuigbewegingen per dag. Het merendeel van deze bewegingen gebeurt in de week 's morgens en 's avonds, in het weekend verspreid doorheen de dag. Dit komt neer op 21 tot 26 bijkomende voertuigbewegingen in de ochtend- en  21 tot 26 voertuigbewegingen in de avondspits. Deze voertuigbewegingen worden in de Heibloemstraat verspreid over twee richtingen in de Heibloemstraat. Verwacht kan worden dat dit beperkt aantal bijkomende voertuigbewegingen geen abnormale verkeershinder zal opleveren.
• Conclusie: Het bezwaaronderdeel wordt niet weerhouden.

2. Toegankelijkheid projectgebied en verkeerssituatie omgeving Heibloemstraat.

• Samenvatting van het bezwaaronderdeel: Ter hoogte van de aansluiting van de nieuwe toegangsweg met de Heibloemstraat is de Heibloemstraat maar 3m breed wat onvoldoende breed is voor kruisend verkeer. Het 5-armen kruispunt van de Heibloemstraat richting Broechemsesteenweg met de Breugelhoevestraat en Zwanenstraat is reeds één van de drukste en gevaarlijkste in de gemeente. De extra verkeersimpact van het project op dit kruispunt alsook naar de alternatieve routes lijkt aanzienlijk.
• Behandeling van het bezwaardeel: Uit de plannen blijkt dat ter hoogte van de aansluiting van de nieuwe toegangsweg met de Heibloemstraat de rijbaan plaatselijk verbreed wordt tot 4,50m. Uit de bovenstaande behandeling van het bezwaaronderdeel 1 blijkt dat de mobiliteitsimpact van het project beperkt zal zijn. Uit de beschikbare gegevens blijkt dat 285 geregistreede ongevallen zijn gebeurd op de Broechemsesteenweg in de periode 2003-2019. Ter hoogte van het kruispunt met de Broechemsesteenweg en de Heibloemstraat hebben in die periode 6 geregistreerde ongevallen plaatsgevonden. In vergelijking methet totaal aantal ongevallen op de Broechemsesteenweg is dit heel beperkt. Op andere kruispunten met de Broechemsesteenweg zijn in de periode 2003-2019 ook 4 à 6 ongevallen gebeurd. In vergelijking met de andere kruispunten springt het kruispunt Heibloemstraat-Broechemsesteenweg er niet uit wat het aantal ongevallen betreft. Met de heraanleg van de fietspaden langs de Broechemsesteenweg wordt het kruispunt met de Zwanenstraat aangepakt waardoor ook de verkeersveiligheid op het kruispunt met de Heibloemstraat zal verbeteren.
• Conclusie: Het bezwaaronderdeel wordt niet weerhouden.

• Samenvatting van het bezwaar: De bestaande trage verbinding tussen de Heibloemstraat en de Boerke Naasweg wordt afgesloten, terwijl deze altijd open is geweest. Deze trage verbinding dient behouden te blijven.
• Behandeling van het bezwaar: De bestaande trage verbinding wordt verlegd naar de voorzijde van de woningen in de vorm van een trage verbinding van 2m breed in betonverharding. Deze sluit aan op de bestaande trage verbinding richting de Boerke Naasweg. Op deze manier blijft er een trage verbinding bestaande tussen de Heibloemstraat en de Boerke Naasweg.
• Conclusie: Het bezwaaronderdeel wordt niet weerhouden.

• Samenvatting van het bezwaaronderdeel: Naast woning met adres Heibloemstraat 98 is een servitudeweg aanwezig in functie van het aangrenzende perceel. Deze is niet bestemd voor doorgaand verkeer en de ontsluiting van het project. Dit zou zorgen voor conflictsituaties zorgen met de bestaande trage weg.
• Behandeling van het bezwaaronderdeel: De ontsluiting van het projectgebied gebeurt via een nieuwe toegangsweg vanuit de Heibloemstraat en niet via de servitudeweg naast Heibloemstraat nr. 98. Achter de servitudeweg voorziet het project een parkeerplaats zodat doorgaand verkeer hier niet mogelijk is. De bestaande trage verbinding wordt verlegd naar de voorzijde van de woningen in de vorm van een trage verbinding van 2m breed in betonverharding. 
• Conclusie: Het bezwaaronderdeel wordt niet weerhouden.

• Samenvatting van het bezwaar: Bezwaarindiener stelt zich de vraag of de verharding niet minimaler kan. In het ontwerp is aan de achterzijde van de woningen een brandweg en een stelplaats voor de brandweer aanwezig. De bezwaarindiener stelt de vraag of deze aanwezig moet zijn aangezien de brandweer langs het pad aan de voorzijde de woningen kan bereiken. Dan kan de toegangsweg achteraan minder verhard worden. Indien de brandweg toch behouden blijft, dan kan de rijweg wegens het sporadisch gebruik ook aangelegd worden in gestabiliseerd gras.
• Behandeling van het bezwaar: De bestaande trage verbinding wordt verlegd naar de voorzijde van de woningen in de vorm van een trage verbinding van 2m breed in betonverharding. Dit is onvoldoende breed voor een brandweg die minstens 4m breed dient te zijn. Het is dan ook niet de bedoeling dat hier gemotoriseerd verkeer gemengd wordt met trage weggebruikers. Om deze reden is de brandweg en de opstelplaats voor de brandweer achteraan gelegen. Deze brandweg dient tevens als laad- en loszone aan de achterzijde van de woningen.
• Conclusie: Het bezwaaronderdeel wordt niet weerhouden.

• Samenvatting van het bezwaaronderdeel: Op het terrein is een trage weg aanwezig die frequent gebruikt wordt door trage weggebruikers. Op het plan zijn geen paaltjes aanwezig die doorgaand verkeer vermijden. Op deze manier is een lus mogelijk waardoor trage weggebruikers en gemotoriseerd verkeer gemengd worden wat niet wenselijk is en waardoor dit geen verkeersluwe ontwikkeling is. De bezwaarindiener vraagt om paaltjes te plaatsen zodat doorgaand gemotoriseerd verkeer niet mogelijk is. De paaltjes dienen daartoe geplaatst te worden ter hoogte van het fietspad aan de voorzijde van de woningen alsook na parkeerplaats 27.
• Behandeling van het bezwaaronderdeel: Hoewel de intentie van het project, toch is het project niet verkeersluw door het ontbreken van paaltjes. Zoals de bezwaarindiener voorstelt, kunnen best wegneembare paaltjes geplaatst worden om doorgaand verkeer te vermijden. Deze paaltjes dienen geplaatst te worden ter hoogte van de trage verbinding alsook na de opstelplaats voor de brandweer daar de brandweg ook als laad- en loszone dienst doet voor de bewoners van het project.
• Conclusie: Het bezwaaronderdeel wordt weerhouden.

Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 20017 en latere wijzigingen, in het bijzonder de artikelen 2 en 40.

Artikel 31 van het decreet betreffende de omgevingsvergunning dat bepaalt dat de gmeeenteraad een beslissing over de zaak van de wegen dient te nemen indien de vergunningsaanvraag wegeniswerken omvat waarover de gemeenteraad beslissingsbevoegdheid heeft; dat dergelijk besluit over de zaak van de wegen dient te worden genomen alvorens het vergunningverlendende bestuursorgaan een beslissing neemt over de vergunningsaanvraag.

Artikel 47 van het omgevingsvergunningsbesluit dat stelt dat als de vergunningsaanvraag wegenwerken omvat, waarvoor de gemeenteraad beslissingsbevoegdheid heeft, de gemeenteraad hierover een besluit aanneemt. De gemeenteraad neemt daarbij kennis van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek.