Notulen  Raad voor Maatschappelijk Welzijn

De notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn dienen ter goedkeuring voorgelegd te worden aan de daaropvolgende raadszitting.

Artikel 32 en 74 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Artikel 24 van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn, zoals vastgesteld in de raad voor maatschappelijk welzijn van 12 maart 2019.

De notulen en het zittingsverslag van de raad voor maatschappelijk welzijn van 3 mei 2022 zijn opgemaakt.

De notulen en het zittingsverslag kunnen worden goedgekeurd. 

Na drie jaar werking in de huidige legislatuur en ingevolge gewijzigde regelgeving wordt het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn opnieuw bekeken.

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikel 32 volgens artikel 74.

Als bijlage is het huishoudelijk reglement toegevoegd waarin een aantal aanpassingen,  zijnde verbeteringen, opmerkingen, voorstellen… die in de loop van de voorbije drie werkingsjaren zijn verzameld, zijn voorgesteld.

Aangezien de decreetgever toelaat om onder bepaalde voorwaarden digitaal en hybride te vergaderen, is een passage rond deze vergaderwijzen opgenomen.

De voorgestelde aanpassingen zijn verschillende malen besproken in het fractieleidersoverleg om zo tot een gedragen document te komen.

Het aangepaste huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn kan nu goedgekeurd worden. 

Het huidige huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn, zoals goedgekeurd in de raad voor maatschappelijk welzijn van 12 maart 2019 dient te worden opgeheven. 

In het kader van de uniformiteit met het gemeentebestuur, waarbij alle aanstellingen van personeel gebeuren door het college van burgemeester en schepenen, dient artikel 38 §4 'delegatie inzake personeelszaken aan de algemeen directeur' van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn zoals goedgekeurd door de OCMW raad van  6 maart 2017, te worden opgeheven.

Het OCMW is deelnemer van de dienstverlenende vereniging Cipal.

De oproeping tot de algemene vergadering van Cipal van donderdag 23 juni 2022 om 16.00 uur, die zal plaatsvinden in het Technologiehuis, Cipalstraat 3, 2440 Geel. Er bestaat ook de mogelijkheid om digitaal deel te nemen. 

De agenda ziet er als volgt uit: 

1. Toetreding en aanvaarding van nieuwe deelnemer(s)
2. Jaarverslag van de raad van bestuur en verslag van de commissaris over de enkelvoudige jaarrekening van Cipal over het boekjaar 2021
3. Goedkeuring van de enkelvoudige jaarrekening van Cipal over het boekjaar 2021, afgesloten op 31 december 2021
4. Jaarverslag van de raad van bestuur en verslag van de commissaris over de geconsolideerde jaarrekening van Cipal over het boekjaar 2021
5. Goedkeuring van de geconsolideerde jaarrekening van Cipal over het boekjaar 2021, afgesloten op 31 december 2021
6. Kwijting te verlenen afzonderlijk aan de bestuurders en aan de commissaris voor de uitoefening van hun mandaat tijdens het boekjaar 2021
7. Benoeming commissaris en vaststelling vergoeding
8. Vervanging bestuurder
9. Goedkeuring van het verslag, staande de vergadering.

Het decreet lokaal bestuur en in het bijzonder de artikelen 77 en 78 inzake de bevoegdheid van de raad voor maatschappelijk welzijn en titel 3 inzake de intergemeentelijke samenwerking.

Titel 3 van het DLB inzake de intergemeentelijke samenwerking en in het bijzonder op art. 432, derde lid dat bepaalt dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient herhaald te worden voor elke algemene vergadering.

De statuten van Cipal.

Met de beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 12 maart 2019 werd schepen Luc Luyten aangesteld als effectief vertegenwoordiger en op 4 februari 2020 raadslid Annelies Van Looy als plaatsvervangend vertegenwoordiger van OCMW Nijlen op de algemene vergaderingen van Cipal en dit voor de ganse legislatuur.

De vertegenwoordiger dient gemandateerd te worden om te stemmen over de agendapunten van de algemene vergadering van Cipal, conform de beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn.

De raad voor maatschappelijk welzijn moet de jaarrekening goedkeuren in het eerste semester van het boekjaar dat volgt op datgene waarop de jaarrekening betrekking heeft.

De gemeente en haar OCMW vormen samen 1 rapporteringsentiteit voor de beleidsrapportering. Ze maken een geïntegreerde jaarrekening. Juridisch blijven het echter 2 afzonderlijke rechtspersonen. Dat betekent dat ze elk hun eigen bevoegdheid behouden in de procedure voor de vaststelling van de jaarrekening.

Om dat principe te concretiseren bepaalt het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur dat:

• Zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn over hun deel van de jaarrekening stemmen;
• De gemeenteraad het deel van de rekening goedkeurt dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, waardoor de rekening definitief wordt vastgesteld.

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, titel 4, hoofdstuk 1, afdeling 5 De jaarrekening;

Het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en latere wijzigingen.

Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de toelichting ervan en van de rekeningstelsels van de gemeenten, de provincies en OCMW's.

Op  9 mei 2022 ontving team hulpverlening een schrijven van smaakleverancier Veresto inzake een indextoepassing op de tarieven van de warme maaltijden aan huis.
De nieuwe tarieven zullen ingaan vanaf juli 2022 en blijven geldig voor 1 jaar.

De stijging van deze tarieven betekent een gemiddelde maandelijkse meerkost van € 383,38/maand ten laste van het OCMW. (€ 4.600,56/jaar)

Een aanpassing van de retributie voor een warme maaltijd aan huis dringt zich daardoor op.

Team hulpverlening stelt voor om:

Retributie regulier tarief op te trekken van € 7,50/maaltijd -> € 8,20/maaltijd
Retributie sociaal tarief op te trekken van € 6,00/maaltijd -> € 6,20/maaltijd

=> dit resulteert in een gemiddelde maandelijkse meerkost van € 139,68/ maand ten laste van het OCMW (€ 1.676,16 /jaar).

Een voorstel dat financieel tegemoet komt aan de kosten voor het OCMW, maar nog steeds vanuit een sociaal en haalbaar oogpunt voor de cliënten.

De indextoepassing van smaakleverancier Veresto op de tarieven van de warme maaltijden aan huis hebben een financiële impact op de eigen inbreng van het OCMW.
Team hulpverlening ziet zich dan ook genoodzaakt om de retributie op de warme maaltijden aan huis te verhogen.

Omdat er met de warme maaltijden heel wat kwetsbare burgers bereikt worden, werd er gezocht naar een gulden middenweg.
Een stijging van de retributie, maar met oog voor het sociale en hulpverlenende karakter van deze dienstverlening.

Omdat naast aandacht voor de financiële haalbaarheid voor de cliënten eveneens de gezondheid van de cliënt op de voorgrond staat, wordt er vanuit team hulpverlening bewust voor gekozen om de prijs voor een dieetmaaltijd niet te verhogen.
In het verleden werd er nooit een onderscheid gemaakt tussen een 'standaard' maaltijd en een 'dieet' maaltijd.
Toegang tot een dagelijkse evenwichtige warme maaltijd, indien nodig rekening houdend met de gezondheid van de cliënt, ziet team hulpverlening als een preventieve dienstverlening en opdracht.  

Daar de retributie op de warme maaltijden wijzigt, dient eveneens het retributiereglement te worden aangepast en geagendeerd voor de raad voor maatschappelijk welzijn.

De Ministerraad heeft in december 2021 beslist om éénmalig 16 miljoen vrij te maken voor het Gas- en Elektriciteitsfond voor heel Vlaanderen. Deze middelen moeten prioritair worden ingezet voor het ondersteunen van personen die financiële problemen hebben als gevolg van de hoge elektriciteits- en gasprijzen en die niet onder het SOCTAR-RVV-systeem vallen (begunstigde van het sociaal tarief voor gas en elektriciteit) overeenkomstig de beslissing van de Ministerraad.

De wet van 4 september 2002 houdende toewijzing van een opdracht aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn inzake de begeleiding en de financiële maatschappelijke steunverlening aan de meest hulpbehoevenden inzake energielevering vermeldt 2 doelstellingen:

• ondersteuning en sociale en budgettaire begeleiding verstrekken aan personen die betalingsmoeilijkheden ondervinden, inzonderheid met hun rekeningen voor gas en elektriciteit. Deze begeleiding behelst de onderhandeling inzake afbetalingsplannen en/of het opzetten van een budgetbegeleiding.
• financiële maatschappelijke steun toekennen aan personen waarvan de schuldenlast van dien aard is dat zij, ondanks hun persoonlijke inspanningen, hun gas- en elektriciteitsrekeningen niet meer kunnen betalen.

De wet komt in artikel 4 tegemoet aan de eerste doelstelling door tussenkomsten in personeelskosten toe te kennen aan de OCMW's, zodat zij bemiddelingsdiensten kunnen opzetten.

Artikel 6 komt van zijn kant tegemoet aan de tweede doelstelling via twee soorten maatregelen:

• het toekennen van financiële maatschappelijke hulp voor het aanzuiveren van facturen;
• de mogelijkheid om maatregelen te nemen in het kader van een preventief sociaal energiebeleid.

Preventieve sociale energiebeleidsmaatregelen kunnen zijn:

• interventies bij de aankoop van efficiëntere en veiligere apparaten (LED-lampen, huishoudelijke apparaten met een hoge energieklasse,...)
• ondersteuning van een gepersonaliseerde energiediagnose (audit en financiering van kleine interventies met een rechtstreeks effect op het verbruik);
• interventie in de sociale en constructieve ondersteuning van huisvesting en andere (huur)woningen voor mensen met een laag inkomen (ondersteuningsbeleid, als aanvulling op de financiering van werken door de gewesten);
• samenwerkingsovereenkomsten tussen de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en de organisaties met de deskundigheid op dit gebied om bovengenoemde acties gezamenlijk uit te voeren.

Bijkomend moeten de toegewezen financiën aan de OCMW's opgebruikt worden in het jaar 2022.

Een gedetailleerde verantwoording zal moeten worden opgenomen in het uniek jaarverslag medio 2022 en februari 2023.

Wet van 15 december 2021 houdende maatregelen in het licht van de hoge energieprijzen in 2021.

Wet van 4 september 2002 houdende toewijzing van een opdracht aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn inzake de begeleiding en de financiële maatschappelijke steunverlening aan de meest hulpbehoevenden inzake energielevering, wordt gedragen door de Staatbegroting, die de daartoe voorziene middelen voorziet via het fonds, bedoeld in artikel 15/11, §1ter, 2° van de wet gas en artikel 21ter, §1, 1ste lid, 2° van de wet elektriciteit.

Wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen.

Wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt.

Het lokaal bestuur Nijlen wenst in te zetten op interventies bij de aankoop van efficiëntere en veiligere apparaten, meer bepaald huishoudelijke apparaten met een hoge energieklasse.

Omdat de meeste gezinnen en/of alleenstaanden, zeker diegenen met een beperkt inkomen, de aankoop van een nieuw energiezuinig huishoudtoestel, zoals een koelkast, een diepvriezer, een wasmachine, een droogkast of een vaatwasser, uitstellen totdat het oude toestel effectief kapot is (en niet meer gemaakt kan worden). Sommigen zullen ook eerder hun huishoudelijke toestellen tweedehands kopen of in een kringloopwinkel, waardoor zij tijdelijk wel geholpen zijn maar meestal niet de meest energiezuinige toestellen aankopen en zo mogelijks zelfs meer energie verbruiken dan met hun eigen oude toestel.

Door een nieuw energiezuinig huishoudelijk toestel te kopen, kan het gezin besparen op de elektriciteitsfactuur én bij een wasmachine of een vaatwasser ook op het waterverbruik.

De lokale besturen Berlaar en Nijlen, buurgemeenten van elkaar, en deel van dezelfde politiezone Berlaar-Nijlen, wensen samen een jeugdopbouwwerker aan te stellen en hiervoor een convenant af te sluiten met een externe partner.

Drie externe partners werden gecontacteerd waarbij Arktos vzw en Uit de Marge vzw een projectvoorstel uitwerkten en kwamen voorstellen. Het voorstel van Arktos vzw leunde inhoudelijk en financieel het meeste aan bij de verwachtingen en mogelijkheden van beide besturen.

Er wordt een overeenkomst opgemaakt van 1 juli 2022 tot en met 31 augustus 2024, met mogelijkheid tot verlenging na een evaluatie.

Vanuit het lokaal bestuur Nijlen werden volgende verwachtingen geformuleerd naar het takenpakket van de jeugdopbouwwerker:

• vertoeven op plekken waar jongeren samen komen/‘rondhangen’ maar hierbij ook al wel eens overlast veroorzaken; hierbij in contact gaan met jongeren, hen begeleiden, eventuele problemen aanpakken (en hierbij methodieken inzetten) (Bijvoorbeeld drugsproblematiek – bekijken welk traject een jongere best aflegt, doorverwijzen indien nodig, contact leggen/samenwerken met hulpverlener JAC Nijlen);
• samenwerking met secundaire scholen (Nijlen heeft twee middelbare scholen: deze hebben samen +/- 1100 leerlingen, uit Nijlen en buurgemeenten): jeugdopbouwwerker is gekend bij de scholen (kunnen elkaar aanspreken) en jongeren weten wie zij/hij is – welke specifieke rol er gespeeld kan worden richting de scholen uit, moet in overleg met de scholen nog verder vorm gegeven worden;
• jeugdopbouwwerker in de sociale woonwijk te Kessel: overnemen van de jongerenwerking (deze wordt momenteel opgevolgd door de klantenadviseur aanbod doelgroepen) – dit is een jongerenwerking naar 12- tot 18-jarigen, woonachtig in de wijk en ruime omgeving rond de woonwijk – komen samen tijdens vakantieperiodes en op woensdagnamiddagen of avonden onder het schooljaar – 5 à 6 actieve jongeren; andere jongeren uit de gemeente kunnen ook deelnemen/aansluiten bij deze werking (concreet: 25 à 30 contactmomenten per jaar) in de woonwijk is er – vooral tijdens de zomervakantie (en soms een extra keer tijdens de herfstvakantie en paasvakantie) op een aantal losse dagen een kinderwerking (= vrijetijdsbesteding in de wijk zelf, in open lucht voor kinderen) = we verwachten dat de jeugdopbouwwerker deze werking mee opneemt (praktische voorbereidingen, opvolging en organisatie), concreet: 10 à 15 speelnamiddagen per jaar. Hierbij kan vanaf de zomervakantie van 2023 bekeken worden om de kindernamiddagen open te trekken en ook kwetsbare kinderen uit de ganse gemeente te bereiken, op basis van specifieke doorverwijzingen vanuit het OCMW;
• signaalfunctie jeugdopbouwwerker: belangrijke info dient door te stromen naar gemeente specifieke diensten, lokale politie en omgekeerd ook: organisaties kunnen problemen signaleren, probleemplaatsen doorgeven, … (belangrijke verwachting van bestuur Nijlen);
• na schooltijd, op woensdagnamiddag, al eens op zaterdag,...

Algemeen voor beide gemeenten:

• gezamenlijke projectgroep/stuurgroep Berlaar-Nijlen die overlegt met jeugdopbouwwerker, die aanstuurt in overleg met de partnerorganisatie, die mee evalueert,...
• jeugdopbouwwerker bouwt netwerk uit en kent verschillende partners bij de lokale besturen (sociale dienst, vrijetijdsmedewerkers, beleidsmakers) maar heeft ook contact met de jeugdbrigade van de lokale politie, de secundaire scholen, hulpverlening lokaal en regionaal.

De voorgelegde overeenkomst Move-It Berlaar-Nijlen, voor de aanstelling van een jeugdopbouwwerker, voor de periode van 1 juli 2022 tot en met 31 augustus 2024, kan goedgekeurd worden.
Er zal voor de opvolging van het project Move-it een intergemeentelijke stuurgroep samengesteld worden met afvaardiging van beide lokale besturen.
De beoogde doelstellingen voor Move-it Berlaar-Nijlen beantwoorden aan de verwachtingen en behoeften van beide lokale besturen:

1. Move-it zet in op het verbinding maken met kinderen en jongeren in hun eigen omgeving. De focus ligt op maatschappelijke kwetsbare kinderen en jongeren (en hun ouders).  
2. Move-it versterkt kinderen en jongeren in hun kwaliteiten en talenten om zo een zelf gekozen plaats te vinden in de samenleving. 
3. Move-it ondersteunt partners in het werken met maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren. Hierdoor versterken we het lokaal bestuur en andere actoren om ook op korte en lange termijn te werken aan een sterke samenleving.

In de praktijk wordt de opdracht vertaald naar het drieluik: rondhangen, groepswerking en delen van expertise. De verdere omschrijving, uitwerking en concrete vertaling van deze drie luiken worden neergeschreven in het projectplan. Het projectplan komt er op basis van de afstemming met de lokale besturen van Berlaar en Nijlen. De verwachtingen die beide gemeenten formuleerden bij oproep, vormen de start van dit gesprek en de richting waarin de verdere uitwerking van het project vorm krijgt.

In het najaar van 2013 keurde de Vlaamse Regering de oprichting van het agentschap Toegankelijk Vlaanderen goed. Ato vzw, Enter vzw, Intro vzw, Toegankelijkheidsbureau vzw en Westkans vzw gingen op 1 mei 2015 samen verder onder de werknaam Inter. Samen verbeteren ze de interactie tussen mens en omgeving. Wat ze voordien als aparte organisaties deden, doen ze sinds 2015 nog beter samen. Zie ook https://www.inter.vlaanderen/geschiedenis voor meer informatie hierover.

Inter bouwt aan een inclusieve samenleving waar iedereen volwaardig en zelfstandig kan meedoen: jong, oud, met of zonder beperking en onder alle omstandigheden. Mensen voelen zich beperkt als de omgeving niet is aangepast aan hun mogelijkheden. Inter biedt daarom ondersteuning om de omgeving betreedbaar, bruikbaar, begrijpbaar en dus comfortabel te maken voor iedereen.

Ook in onze organisatie streeft het lokaal bestuur naar toegankelijkheid voor iedereen. Zo staan er in de huidige meerjarenplanning acties die hier toe moeten bijdragen (zie ook argumentatie). Lokaal bestuur Nijlen hecht belang aan deze acties, maar nog meer dat ze ook kwaliteitsvol uitgewerkt worden. Een convenant met Inter kan hiertoe bijdragen.

Overeenkomst convenant (zie bijlage).

De overeenkomst vermeldt tevens:

'Opdrachten die kaderen binnen dit Convenant zullen door de Opdrachtgever, vertegenwoordigd hetzij door het college van de burgemeester en schepenen, hetzij door een hiervoor gemandateerd ambtenaar, schriftelijk of per e-mail worden overgemaakt aan de door Inter aangestelde contactpersoon.'

De raad van maatschappelijk welzijn geeft mandaat aan de klantenadviseur doelgroepen om opdrachten voor Inter, die kaderen binnen het convenant, schriftelijk over te maken aan de door Inter aangestelde contactpersoon. Uiteraard zullen opdrachten door de klantenadviseur nooit op eigen initiatief gegeven worden, maar worden deze steeds besproken met een bevoegd lid van het vast bureau en/of de bevoegde schepen en het afdelingshoofd.

Het lokaal bestuur engageert zich in de beleidsperiode 2020-2025 om een geïntegreerd en toegankelijk aanbod (en dienstverlening) te realiseren voor specifieke doelgroepen, afgestemd op de lokale noden en context. --> AC000054 in de meerjarenplanning

Concrete acties waarbij we deskundig advies kunnen gebruiken de komende periode kunnen zijn:

-screening van communicatie: Bij team hulpverlening willen ze al langer hun briefwisseling onder de loep nemen om te bekijken of alles wel duidelijk begrijpbaar is voor de doelgroep en waar bijgestuurd kan worden. Ook bij het lokaal netwerk vrijetijdsparticipatie voor personen in armoede is er een actie die hetzelfde inhoudt voor onze vrijetijdscommunicatie. MJP000674 en afsprakennota lokaal netwerk vrijetijdsparticipatie voor mensen in armoede;

- EDC: in de meerjarenplanning staat de uitwerking van de EDC-kaart als actie opgenomen. Inter kan adviseren op welke manier wij als lokaal bestuur hiermee aan de slag kunnen en waarmee we rekening dienen te houden. MJP001252;

- Uitleendienst: In de meerjarenplanning is er ook budget voorzien voor de aankoop van materialen die geïntegreerd kunnen worden in de uitleendienst in functie van de toegankelijkheid van evenementen en activiteiten georganiseerd door verenigingen. Inter heeft een duidelijk beeld van wat er op de markt is en wat er nuttig en minder nuttig is. Gezien dit toch gaat om een investering, is het zeker aangewezen hier deskundig advies over in te winnen. Naast de deskundigheid, levert dit ook tijdswinst op omdat het minder opzoekwerk vraagt van een interne medewerker. MJP001252 (zit mee vervat in de actie rond de uitwerking van de EDC-kaart);

Daarbij kan het ook interessant zijn om Inter te betrekken bij de uitwerking van de vernieuwing van onze dienstverlening in de toekomst.

Gezien er voor de bovenstaande acties binnen het convenant zeker gebruik gemaakt kan worden van de diensten van Inter en gezien er ook voldoende budget voorzien is tot en met 2020 -2025 kan een convenant met Inter goedgekeurd worden. Bovendien zorgt het convenant er ook voor dat ook het tarief voor advies bij aanvragen voor stedenbouwkundige vergunningen van publieke ruimten, ingewonnen bij Inter, lager zal zijn.

Het convenant kan aangegaan worden met Inter gezien zij uniek zijn in wat zij doen. Bovendien zijn zij erkend door Vlaanderen. Inter is een samensmelting van allerlei organisaties die reeds geruime tijd met toegankelijkheid bezig zijn, elk met een eigen expertise (vb. kenniscentrum, advies bij bouwaanvragen,...). In het najaar van 2013 keurde de Vlaamse Regering de oprichting van het agentschap Toegankelijk Vlaanderen (Inter) goed.