Notulen  Gemeenteraad

De notulen en het zittingsverslag van de gemeenteraad van 7 november 2023 dienen ter goedkeuring voorgelegd te worden aan de volgende raadszitting. 

Artikel 32 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Artikel 26 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, zoals vastgesteld in de gemeenteraad van 21 juni 2022.

De notulen en het zittingsverslag van de gemeenteraad van 7 november 2023 zijn opgemaakt.

Artikel 1 van het besluit 'Punt 18 - Eén woonmaatschappij Woonschakel Berg en Nete: Toewijzingsreglement voor het werkingsgebied', waarin het toewijzingsreglement met inbegrip van de specifieke bepalingen omtrent de 'langdurige woonbinding' en 'specifieke doelgroepen', wordt goedgekeurd, onder voorbehoud van:

- dat de voorwaarde van de lokale binding ook geldt als voorrangsregel bij de versnelde toewijzing; 

- dat de lijst wordt  aangevuld met de woningen voor de doelgroep 65+ en personen met een handicap;

dient te worden aangepast.   

Wat betreft het eerste voorbehoud bepalen de toekomstige artikels 6.23 en 6.24 (01/01/2024-...) van de Vlaamse Codex Wonen  dat de lokale binding bij versnelde toewijzingen niet kan worden toegepast en dus niet als voorwaarde kan gesteld worden. De Vlaamse Codex Wonen geldt als een hogere rechtsnorm. Bijgevolg dient dit voorbehoud geschrapt te worden.

Wat betreft het tweede voorbehoud (lijst aanvullen met woningen voor personen met een handicap) bepaalt toekomstig artikel 6.17 (01/01/2024-…) van de Vlaamse Codex Wonen dat de woningen die zijn uitgerust voor personen met een fysieke  handicap alleen kunnen toegewezen worden als de kandidaat-huurder of een van zijn gezinsleden die fysieke handicap of beperking heeft. De lijst met woningen voor de doelgroep voor personen met een fysieke handicap dient dus niet opgenomen te worden in het toewijzingsreglement.

De Vlaamse Codex Wonen van 2021 (toekomstig artikel 6.17) voorziet hier in een absolute voorrangsregel als de woning specifiek werd aangepast voor personen met een fysieke handicap of beperking, Ongeacht of deze doelgroep mee is opgenomen bij de specifieke doelgroepen in het toewijzingsreglement. 

De lijst met woningen voor de doelgroep 65+ is opgenomen in het toewijzingsreglement. Deze lijst uitbreiden kan in een latere fase in overweging genomen worden omdat de woningen momenteel nog in beheer zijn van de woonmaatschappij Leefgoed. Bijgevolg dient ook dit voorbehoud geschrapt te worden.

De notulen  kunnen na deze aanpassingen worden goedgekeurd.

Het zittingsverslag kan worden goedgekeurd.

De wijziging van de deontologische code voor lokale mandatarissen en externe vertegenwoordigers in de gemeenteraad van 7 november 2023, als gevolg van de aanpassing van artikel 39 van het decreet over het lokaal bestuur met betrekking tot de oprichting van een deontologische commissie.  

Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald de artikels 39, 55, 74 en 112.

De deontologische code voor lokale mandatarissen en externe vertegenwoordigers, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad van 7 november 2023, meer bepaald artikel 36.

Ingevolge de nieuwe regels rond de samenstelling van de deontologische commissie (voorheen bureau voor deontologie) dient dit orgaan opnieuw te worden samengesteld, althans wat de raadsleden betreft. Voor de onafhankelijke experts werd niets gewijzigd. 

De onafhankelijke experts werden reeds eerder aangesteld in de gemeenteraden van 30 maart en 4 mei 2021.

De gezamenlijke akten van voordracht van de verschillende fracties werden tijdig overhandigd aan de voorzitter, zijnde uiterlijk acht dagen voor de  gemeenteraad, waarop de deontologische commissie wordt samengesteld.

De voorzitter van de gemeenteraad stelt vast dat alle gezamenlijke akten van voordracht voldoende handtekeningen bevatten. 

De voorzitter van de gemeenteraad kan dus de ontvankelijkheid van de voordrachtakten bevestigen.

Volgende kandidaten met plaatsvervangers worden voorgedragen om te zetelen in de deontologische commissie

De voorzitter van de gemeenteraad is van rechtswege voorzitter van de deontologische commissie met raadgevende stem.

Door IOK Afvalbeheer wordt zowel voor particulieren als voor handelaren compost en potgrond te koop aangeboden. Op het recyclagepark wordt compost verkocht in zakken.

De actuele prijzen voor deze dienstverlening werden de laatste 10 jaar niet meer geïndexeerd.

Op basis van de onderlinge kostenstructuur voor transport en verpakkingsmaterialen is het noodzakelijk om ook een tariefwijziging door te voeren voor de zakken.

Door de raad van bestuur van IOK Afvalbeheer op 27 oktober 2023 werd goedkeuring gegeven voor deze tariefwijziging.

Onderstaand de actuele en nieuwe tarieven:

Deze prijsaanpassingen worden bij bestellingen van paletten compost (en potgrond)  vanaf 1 januari 2024 doorgerekend aan de gemeenten.

Het aantal zakken per pallet blijft ongewijzigd op 36 stuks.

Om dit te implementeren wordt artikel 6 - producten in het retributiereglement op de inzameling en verwerking van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen op het recyclagepark en verkoop van producten, goedgekeurd in de gemeenteraad van 8 november 2022, aangepast.

Het Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, en latere wijzigingen.

Het Decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen, en latere wijzigingen (Materialendecreet), in het bijzonder artikel 26.

Het Besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen, en latere wijzigingen (VLAREMA), in het bijzonder art. 5.1.1 e.v.

Het Lokaal Materialenplan - Uitvoeringsplan huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval  2023-2030 goedgekeurd door de Vlaamse Regering op 26 mei 2023, en latere wijzigingen.

De beheersoverdracht die de gemeente heeft verleend aan het intergemeentelijk samenwerkingsverband IOK Afvalbeheer en de invoering van het DIFTAR-systeem met ingang van 28 mei 2005.

De gemeenteraadsbeslissing van 28 juni 2005 waarin de overname van het beheer van het recyclagepark door IOK Afvalbeheer werd goedgekeurd.

De actuele prijzen voor de verkoop van compost op het recyclagepark werden de laatste 10 jaar niet meer geïndexeerd en op basis van de onderlinge kostenstructuur voor transport en verpakkingsmaterialen is het noodzakelijk om ook een tariefwijziging door te voeren voor de zakken.

IOK Afvalbeheer streeft ernaar om de verkoopprijs aan de burgers uniform te houden binnen het ganse werkingsgebied. Daarom is het noodzakelijk dat deze tariefwijziging ook wordt opgenomen in het retributiereglement.

De kilogramtarieven in het retributiereglement worden jaarlijks op 1 januari geïndexeerd op basis van de evolutie van de consumptieprijsindex.

Het prijssubsidiereglement sportinfrastructuur dient jaarlijks te worden geëvalueerd en goedgekeurd door de raad van bestuur van het AGB en de gemeenteraad.

Gemeenteraadsbeslissing van 2 september 2003 waarin de oprichting en de statuten van het autonoom gemeentebedrijf Nijlen, afgekort AGB Nijlen, werden goedgekeurd.

Goedkeuring van de gemeenteraadsbeslissing van 2 september 2003 door de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken op 18 december 2003 en de publicatie van deze beslissing in het Belgisch Staatsblad van 5 februari 2004.

De artikelen 231 tot 244 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 die betrekking hebben op autonome gemeentebedrijven.

De statuten van AGB Nijlen, zoals laatst gewijzigd en goedgekeurd in de gemeenteraad van 11 december 2018.

De beheersovereenkomst tussen gemeente en AGB Nijlen.

Om economisch leefbaar te zijn is het nodig dat het autonoom gemeentebedrijf Nijlen vanwege de gemeente Nijlen prijssubsidies ontvangt als vergoeding voor het recht van toegang tot de sportinfrastructuur.

Het college van burgemeester en schepenen doet een voorstel van prijssubsidiereglement.

De raad van bestuur van AGB Nijlen van 11 december 2023 heeft dit voorstel van prijssubsidiereglement goedgekeurd. 

Het prijssubsidiereglement diamantmuseum dient jaarlijks te worden geëvalueerd en goedgekeurd door de raad van bestuur van het AGB en de gemeenteraad. 

Gemeenteraadsbeslissing van 2 september 2003 waarin de oprichting en de statuten van het autonoom gemeentebedrijf Nijlen, afgekort AGB Nijlen, werden goedgekeurd.

Goedkeuring van de gemeenteraadsbeslissing van 2 september 2003 door de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken op 18 december 2003 en de publicatie van deze beslissing in het Belgisch Staatsblad van 5 februari 2004.

De artikelen 231 tot 244 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 die betrekking hebben op autonome gemeentebedrijven.

De statuten van AGB Nijlen, zoals laatst gewijzigd en goedgekeurd in de gemeenteraad van 11 december 2018.

De beheersovereenkomst tussen gemeente en AGB Nijlen.

Om economisch leefbaar te zijn is het nodig dat het autonoom gemeentebedrijf Nijlen vanwege de gemeente Nijlen prijssubsidies ontvangt als vergoeding voor het recht van toegang tot het diamantmuseum.

Het college van burgemeester en schepenen doet een voorstel van prijssubsidiereglement.

De raad van bestuur van AGB Nijlen van 11 december 2023 heeft dit voorstel van prijssubsidiereglement goedgekeurd. 

Het prijssubsidiereglement bibliotheek dient jaarlijks te worden geëvalueerd en goedgekeurd door de raad van bestuur van het AGB en de gemeenteraad. 

Gemeenteraadsbeslissing van 2 september 2003 waarin de oprichting en de statuten van het autonoom gemeentebedrijf Nijlen, afgekort AGB Nijlen, werden goedgekeurd.

Goedkeuring van de gemeenteraadsbeslissing van 2 september 2003 door de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken op 18 december 2003 en de publicatie van deze beslissing in het Belgisch Staatsblad van 5 februari 2004.

De artikelen 231 tot 244 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 die betrekking hebben op autonome gemeentebedrijven.

De statuten van AGB Nijlen, zoals laatst gewijzigd en goedgekeurd in de gemeenteraad van 11 december 2018.

De beheersovereenkomst tussen gemeente en AGB Nijlen.

Om economisch leefbaar te zijn is het nodig dat het autonoom gemeentebedrijf Nijlen vanwege de gemeente Nijlen prijssubsidies ontvangt als vergoeding voor het recht van toegang tot de bibliotheek en ontleningen.

Het college van burgemeester en schepenen doet een voorstel van prijssubsidiereglement.

De raad van bestuur van AGB Nijlen van 11 december 2023 heeft dit voorstel van prijssubsidiereglement goedgekeurd. 

De aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van gemeente, OCMW en AGB Nijlen liggen voor.

Schepen Victor De Groof geeft een uitgebreide toelichting over de meerjarenplannen 2020-2025 van de gemeente, OCMW en AGB Nijlen.

De fracties geven hierna hun tussenkomsten over deze meerjarenplannen.

Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur en het Provinciedecreet van 9 december 2005 bepalen dat de lokale besturen hun meerjarenplannen minstens één keer per jaar moeten aanpassen om de kredieten voor het volgende boekjaar vast te stellen. Dat betekent dat de besturen in 2023 hun meerjarenplan zullen aanpassen om de kredieten voor 2024 vast te stellen. Als dat nodig is, kunnen ze daarbij ook nog de kredieten voor 2023 aanpassen.

Dat aangepaste meerjarenplan wordt opgemaakt volgens de regels over de beleids- en beheerscyclus (BBC).

De periode van de aanpassing van het meerjarenplan blijft altijd de initiële periode van het meerjarenplan (2020-2025), maar de staat van het financieel evenwicht (schema M2), het overzicht van de ontvangsten en uitgaven volgens hun economische aard (schema T2) en het overzicht van de evolutie van de financiële schulden (schema T4) moeten altijd de financiële consequenties bevatten voor ten minste 3 toekomstige boekjaren dus minstens tot 2026.

Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur

Het Provinciedecreet van 9 december 2005.

Het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (BVR BBC) 

Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (MB BBC)

Omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 met instructies voor de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 is nog steeds van toepassing.

Er werd een voorontwerp van aanpassing meerjarenplan opgemaakt door het managementteam en vervolgens in budgetbesprekingen een definitief ontwerp voorgesteld.

Het ontwerp van aanpassing meerjarenplan 2020-2025 van AGB Nijlen werd door het directiecomité ter goedkeuring voorgelegd aan de raad van bestuur.

De aanpassing van het meerjarenplan is vastgesteld door de raad van bestuur van het AGB op 11 december 2023 en wordt thans ter goedkeuring voorgelegd op de gemeenteraad.

De aanpassing van het meerjarenplan bestaat uit vier onderdelen:

1. De eventuele wijzigingen van de strategische nota;

2. De aangepaste financiële nota bestaande uit het aangepaste financiële doelstellingenplan (M1), de aangepaste staat van het financieel evenwicht (M2) en het aangepaste overzicht van de kredieten (M3);

3. De toelichting;

4. De motivering van de wijzigingen.

Bij het ontwerp van de aanpassing van het meerjarenplan hoort ook documentatie. Die omvat alle achtergrondinformatie die nuttig is om het aangepaste meerjarenplan te beoordelen, zonder dat ze essentieel is voor de beoordeling die de raadsleden moeten maken, aangezien de essentiële informatie in het beleidsrapport zelf is opgenomen. De documentatie geeft bijkomende duiding bij de geplande verrichtingen die zijn ingeschreven in het ontwerp van het aangepaste meerjarenplan dat aan de raadsleden wordt voorgelegd. Ze moet ertoe bijdragen dat beter tegemoetgekomen wordt aan de informatiebehoeften van de raadsleden.

Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur en het Provinciedecreet van 9 december 2005 bepalen dat de lokale besturen hun meerjarenplannen minstens één keer per jaar moeten aanpassen om de kredieten voor het volgende boekjaar vast te stellen. Dat betekent dat de besturen in 2023 hun meerjarenplan zullen aanpassen om de kredieten voor 2024 vast te stellen. Als dat nodig is, kunnen ze daarbij ook nog de kredieten voor 2023 aanpassen.

Dat aangepaste meerjarenplan wordt opgemaakt volgens de regels over de beleids- en beheerscyclus (BBC). De periode van de aanpassing van het meerjarenplan blijft altijd de initiële periode van het meerjarenplan (2020-2025), maar de staat van het financieel evenwicht (schema M2), het overzicht van de ontvangsten en uitgaven volgens hun economische aard (schema T2) en het overzicht van de evolutie van de financiële schulden (schema T4) moeten altijd de financiële consequenties bevatten voor ten minste 3 toekomstige boekjaren dus minstens tot 2026.

De gemeenten en de OCMW's hebben een geïntegreerd meerjarenplan, maar hebben hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan. Zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn moet eerst hun eigen deel van het meerjarenplan vaststellen. Daarna kan de gemeenteraad het deel van het meerjarenplan dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor het meerjarenplan definitief is vastgesteld. De goedkeuring van de gemeenteraad is nodig omdat de gemeente de financiële gevolgen moet dragen van de keuzes die de raad voor maatschappelijk welzijn maakt. 

Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur

Het Provinciedecreet van 9 december 2005.

Het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (BVR BBC) 

Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (MB BBC)

Omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 met instructies voor de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 die nog steeds van toepassing is.

Er werd een voorontwerp van aanpassing meerjarenplan opgemaakt door het managementteam en vervolgens in budgetbesprekingen een definitief ontwerp voorgesteld.

Het ontwerp van aanpassing meerjarenplan 2020-2025 van OCMW Nijlen moet worden vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn.

Nadat het is vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn wordt dit deel ter goedkeuring voorgelegd op de gemeenteraad.

De aanpassing van het meerjarenplan bestaat uit vier onderdelen:

1. De eventuele wijzigingen van de strategische nota

2. De aangepaste financiële nota bestaande uit het aangepaste financiële doelstellingenplan (M1), de aangepaste staat van het financieel evenwicht (M2) en het aangepaste overzicht van de kredieten (M3)

3. De toelichting

4. De motivering van de wijzigingen.

Bij het ontwerp van de aanpassing van het meerjarenplan hoort ook documentatie. Die omvat alle achtergrondinformatie die nuttig is om het aangepaste meerjarenplan te beoordelen, zonder dat ze essentieel is voor de beoordeling die de raadsleden moeten maken, aangezien de essentiële informatie in het beleidsrapport zelf is opgenomen. De documentatie geeft bijkomende duiding bij de geplande verrichtingen die zijn ingeschreven in het ontwerp van het aangepaste meerjarenplan dat aan de raadsleden wordt voorgelegd. Ze moet ertoe bijdragen dat beter tegemoetgekomen wordt aan de informatiebehoeften van de raadsleden.

Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur en het Provinciedecreet van 9 december 2005 bepalen dat de lokale besturen hun meerjarenplannen minstens één keer per jaar moeten aanpassen om de kredieten voor het volgende boekjaar vast te stellen. Dat betekent dat de besturen in 2023 hun meerjarenplan zullen aanpassen om de kredieten voor 2024 vast te stellen. Als dat nodig is, kunnen ze daarbij ook nog de kredieten voor 2023 aanpassen.

Dat aangepaste meerjarenplan wordt opgemaakt volgens de regels over de beleids- en beheerscyclus (BBC). De periode van de aanpassing van het meerjarenplan blijft altijd de initiële periode van het meerjarenplan (2020-2025), maar de staat van het financieel evenwicht (schema M2), het overzicht van de ontvangsten en uitgaven volgens hun economische aard (schema T2) en het overzicht van de evolutie van de financiële schulden (schema T4) moeten altijd de financiële consequenties bevatten voor ten minste 3 toekomstige boekjaren dus minstens tot 2026.

De gemeenten en de OCMW's hebben een geïntegreerd meerjarenplan, maar hebben hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan. Zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn moet eerst hun eigen deel van het meerjarenplan vaststellen. Daarna kan de gemeenteraad het deel van het meerjarenplan dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor het meerjarenplan definitief is vastgesteld. De goedkeuring van de gemeenteraad is nodig omdat de gemeente de financiële gevolgen moet dragen van de keuzes die de raad voor maatschappelijk welzijn maakt. 

Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur

Het Provinciedecreet van 9 december 2005.

Het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (BVR BBC) 

Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (MB BBC)

Omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 met instructies voor de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 die nog steeds van toepassing is.

Er werd een voorontwerp van aanpassing meerjarenplan opgemaakt door het managementteam en vervolgens in budgetbesprekingen een definitief ontwerp voorgesteld.

Het ontwerp van aanpassing meerjarenplan 2020-2025 van gemeentebestuur Nijlen moet worden vastgesteld door de gemeenteraad..

De aanpassing van het meerjarenplan bestaat uit vier onderdelen:

1. De eventuele wijzigingen van de strategische nota

2. De aangepaste financiële nota bestaande uit het aangepaste financiële doelstellingenplan (M1), de aangepaste staat van het financieel evenwicht (M2) en het aangepaste overzicht van de kredieten (M3)

3. De toelichting

4. De motivering van de wijzigingen 

Bij het ontwerp van de aanpassing van het meerjarenplan hoort ook documentatie. Die omvat alle achtergrondinformatie die nuttig is om het aangepaste meerjarenplan te beoordelen, zonder dat ze essentieel is voor de beoordeling die de raadsleden moeten maken, aangezien de essentiële informatie in het beleidsrapport zelf is opgenomen. De documentatie geeft bijkomende duiding bij de geplande verrichtingen die zijn ingeschreven in het ontwerp van het aangepaste meerjarenplan dat aan de raadsleden wordt voorgelegd. Ze moet ertoe bijdragen dat beter tegemoetgekomen wordt aan de informatiebehoeften van de raadsleden.

Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 4 december 2023 houdende toetreding tot de Raamovereenkomsten voor Telecommunicatiediensten (besteknr. 2022/HFB/MPMO/96984) van de Vlaamse Gemeenschap.

De Vlaamse Gemeenschap publiceerde de Raamovereenkomsten voor Telecommunicatiediensten op 25 augustus 2022 in het Bulletin der Aanbestedingen en op 30 augustus 2022 in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Bij Beslissing van de Vlaamse Regering d.d. 30 juni 2023 werd:

• Perceel 1 (Vaste IP gebaseerde telefonie, datacommunicatie en marketingnummers) gegund aan Telenet bv, met maatschappelijke zetel te Liersesteenweg 4, 2800 Mechelen, ondernemingsnummer 0473.416.418;
• Perceel 2 (Mobiele telefonie, mobiele datacommunicatie voor professioneel gebruik en voor 'Machine to Machine' (M2M) en 'Internet of Things' (IoT) gegund aan Orange Belgium NV, met maatschappelijke zetel te Bourgetlaan 3, 1140 Evere, ondernemingsnummer 0456.810.810.

Bij beslissing van de Vlaamse Regering van 14 juli 2023 werd:

• Perceel 3 (Virtuele telefooncentrale (Cloud PBX)) gegund aan Telenet bv, met maatschappelijke zetel te Liersesteenweg 4, 2800 Mechelen, ondernemingsnummer 0473.416.418.

De Vlaamse Gemeenschap sloot per perceel met de gekozen dienstverlener een overeenkomst (de Uitvoeringsovereenkomst), waar in punt (E) van de aanhef vermeld wordt dat de Vlaamse Gemeenschap optreedt als aankoopcentrale ten aanzien van de bestellers uit het vooropgestelde klantenbereik. Dit klantenbereik strekt zich uit tot de lokale overheden die gesitueerd zijn in het Vlaamse gewest, met name:

Alvorens te kunnen gebruiken van deze Raamovereenkomsten voor Telecommunicatiediensten, dient een lokale overheid toe te treden, door middel van een ondertekende Toetredingsovereenkomst die bezorgd wordt aan de dienstverlener van het perceel waartoe de lokale overheid wenst toe te treden.

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

De contractuele documenten van de Raamovereenkomst voor Telecommunicatiediensten.

Het is aangewezen dat de gemeente gebruik maakt van deze door de aankoopcentrale aangeboden raamovereenkomsten om volgende redenen:

• de in deze raamovereenkomst(en) voorziene telecommunicatiediensten voldaan aan de behoeften;
• door gebruik te maken van deze raamovereenkomst moet er geen eigen plaatsingsprocedure gevoerd worden, wat een besparing aan tijd en geld betekent;
• de Vlaamse overheid beschikt over know-how of technische expertise inzake telecommunicatiediensten;
• de keuze voor toetreding tot één of meerdere van de percelen is geheel vrij;
• afname van deze raamovereenkomst garandeert de continuïteit van de dienstverlening die reeds afgenomen werd via de uitdovende overheidsopdracht 'Telecommunicatiediensten ten behoeve van de Vlaamse overheid, lokale en provinciale besturen' (Bestek Nr. 2017/HFB/OPMB/33326).

Zoals elk jaar wordt er een rapportering voorgelegd van de meldingen, klachten en complimenten die werden ingediende via het daartoe bestemde formulier op de website.

Artikel 303. (01/01/2019- ...) decreet lokaal bestuur

Voor de meldingen wordt een inventaris voorgelegd van de geregistreerde meldingen, idem voor de complimenten die we mochten ontvangen. Voor de klachten wordt er inhoudelijk dieper ingegaan op het antwoord en het gegeven gevolg. 

Bij wet van 7 december 1998 werd beslist om over te gaan tot de organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveaus. De gemeente Nijlen behoort tot de politiezone Berlaar-Nijlen en jaarlijks neemt de gemeenteraad kennis van de politiebegroting en keurt de politiedotatie goed.  

Het Koninklijk Besluit van 5 september 2011 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de lokale politie waarin de regels bepaald worden voor de begroting van de lokale politie.

De jaarlijkse ministeriële omzendbrief met het oog op het verstrekken van onderrichtingen voor het opstellen van de politiebegroting ten behoeve van de politiezone.

De politiezone Berlaar-Nijlen heeft een ontwerpbegroting opgemaakt dewelke voorligt op de politieraad van 18 december 2023.

De toelage voor de gemeente Nijlen wordt vastgesteld op € 2 239 240,00. 

Het college van burgemeester en schepenen keurde op 19 juni 2023 (jaarnummer 1498) de maatregelen en plan van aanpak voor de bestrijding van de Aziatische hoornaar goed.

De Aziatische hoornaar (Vespa velutina) is een invasieve exoot die sinds een aantal jaren ook in Vlaanderen wordt aangetroffen. Deze hoornaar is schadelijk voor honingbijen, hommelsoorten, andere bestuivende insecten en kan zeer onverwachts agressief en gevaarlijk zijn voor de mens.

De Aziatische hoornaar maakt 2 nesten. Eentje in het voorjaar en eentje in de zomer: 

1.  Voorjaarsnest (= primair nest): in april wordt de koningin wakker uit haar winterslaap en bouwt ze haar eerste nest. Dit voorjaarsnest zit vaak op een beschutte plek, zoals in een spouwmuur, schuur, carport, veranda of nestkastjes. Dit nest bevindt zich doorgaans op een maximale hoogte van 3 meter.
2.  Zomernest (= secundair nest): in de zomer wordt het voorjaarsnest te klein en zoeken de hoornaars een plek voor het zomernest. Ze maken hun nieuwe nest hoog in de bomen, waardoor het vaak moeilijk te zien is vanaf de grond.
   Het zomernest hangt hoog in bomen vlak onder de top, is meestal rond, soms peervormig met een ronde onderkant en is in de herfst zo groot als een skippybal.

Het aantal waarnemingen van de Aziatische hoornaar Vlaanderen is gestegen van minder dan 10 in 2018 tot een 80-tal in 2022 tot reeds 240 in de periode van 1 januari tot 19 mei 2023.

Elk niet uitgeroeid nest brengt ongeveer 500 nieuwe koninginnen voort waarvan een 10% de winter overleeft en het volgende jaar nieuwe nesten aanmaakt.
Gezien de betrokken risico's en zeer specifieke aanpak mag bestrijding en verdelging van de Aziatische hoornaar enkel gebeuren door een erkende verdelger.

De gemeenteraad is bevoegd voor het vaststellen van subsidiereglementen zoals bepaald in artikel 41 23° van het Decreet Lokaal Bestuur.

In uitwerking van de maatregelen ter bestrijding van de Aziatische hoornaar, zoals goedgekeurd door het college op 19 juni 2023, dient een subsidiereglement opgemaakt te worden.

IOK heeft in de brief van 6 september 2023 laten weten dat de gemeentelijke bijdrage in de werkingskosten voor de intergemeentelijke loketwerking wonen en energie werd gewijzigd naar aanleiding van een budgetverhoging van de Vlaamse Overheid voor de Energiehuizen.

Hierdoor werd de kostprijs verlaagd naar € 1.250,00/jaar voor kleine gemeenten, € 2.500,00/ jaar voor middelgrote gemeenten en € 5.000,00/jaar voor grote gemeenten. Nijlen valt onder een middelgrote gemeente.

Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 7 juni 2022 de toetreding tot de intergemeentelijke loketwerking wonen en energie principieel goedgekeurd en op 22 augustus 2022 effectief goedgekeurd.

De gemeenteraad heeft in zitting van 4 oktober 2022 de toetreding tot de intergemeentelijke loketwerking wonen en energie goedgekeurd met een bijhorende geraamde kostprijs van € 9 555,66 per jaar en voor een looptijd van minstens 3 jaar (tot en met december 2025).

Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 9 november 2022 beslist om gebruik te maken van de tijdelijke ondersteuning voor het woon - en energieloket door freelancers (aangeboden door VEKA) tot 31 maart 2023. VEKA heeft nadien de einddatum nog verlengd tot 30 juni 2023.

Het woon- en energieloket wordt sedert 1 januari 2023 ondersteunt door het Energiehuis van IOK met een halve dag per week, namelijk elke vrijdagvoormiddag en elke laatste donderdag van de maand met een avondopening (die week is er dan geen zitting op vrijdagvoormiddag).

De freelancer, aangeboden door VEKA, heeft het woon - en energieloket ook ondersteund van januari 2023 tot en met juni 2023 met één volledige zitdag per 14 dagen. Deze ondersteuning is afgelopen en werd niet meer verlengd.

Sedert oktober 2022 is Mijn Verbouwpremie (combinatie van Renovatiepremie Wonen Vlaanderen en de energiepremies van Fluvius) verplicht digitaal aan te vragen waardoor er meer ondersteuning wordt gevraagd vanuit de burgers, zeker van diegene die niet digitaal onderlegd zijn. Met andere woorden is er momenteel een constante wachttijd voor het maken van een afspraak van +/- 4 weken. De beleidsadviseur wonen volgt zelf ook nog afspraken op, vooral in de reeds aangevraagde dossiers voor zowel de gemeentelijke premie als voor Mijn Verbouwpremie, wanneer er nog extra aanvullingen of  informatie wordt opgevraagd. De opgevraagde informatie door Wonen in Vlaanderen moet bv. binnen de 30 dagen aangevuld worden in het online loket. Dus voor het nakijken welke extra informatie er wordt gevraagd en/of het opladen van deze extra documenten wordt de aanvultermijn van max. 30 dagen met onze huidige wachttijd anders overschreden.

Plus de huidige medewerker van IOK behandelt tot hiertoe bijna enkel afspraken over het aanvragen van premies terwijl burgers ook bij hem terecht kunnen met andere (energie)vragen zoals informatie over Mijn Verbouwlening, het uitvoeren van een V-test, algemeen renovatie advies, energiescan, en dergelijke. 

Met de budgetverhoging van de Vlaamse Overheid voor de Energiehuizen komt de kostprijs voor de bestaande intergemeentelijke loketwerking op € 2.500,00 per jaar (voor 2023, 2024 en 2025). Dit is een aanzienlijke verlaging van het vooropgestelde budget van € 9.555,66. Hierdoor is er een kans om de bestaande loketwerking uit te breiden en een extra avondopening te vragen. Deze wordt dan wel extra per uur gefactureerd en moet vastgelegd worden in een contract met een bepaalde looptijd. IOK kan dan bekijken of de uitbreiding mogelijk is met hun bestaand personeel en dat er een duidelijk agenda kan opgemaakt worden.

Om de huidige wachttijd deels in te perken maar ook niet teveel voor in de rustige periodes zoals tijdens de zomer, zou een extra avondopening per 2 maanden reeds voldoende zijn.

Het Energiehuis van IOK heeft ondertussen bevestigd dat vanaf 1 januari 2024 een extra avondopening per 2 maanden mogelijk zou zijn voor de huidige medewerker van IOK. Hiervoor dient dan wel de nodige overeenkomst tussen de gemeente en het Energiehuis van IOK afgesloten te worden mits goedkeuring.

Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van de erkende eredienstbesturen, gewijzigd op 6 juli 2012, bepaalt dat eredienstbesturen binnen de zes maanden na de installatie van de gemeenteraad een meerjarenplan vaststellen en indienen bij de gemeente voor goedkeuring.

Deze meerjarenplannen (MJP's) bevatten de financiële afspraken tussen het eredienstbestuur en de gemeente Nijlen. Ze werden goedgekeurd in de gemeenteraad van 3 september 2019. In dit MJP wordt onder andere de maximale gemeentelijke toelage vastgelegd voor elk eredienstbestuur en voor elk jaar van het MJP, in dit geval van 2020 tot en met 2025.

De kerkfabrieken dienen elk jaar een budget in voor het volgend financieel boekjaar (2024) en vragen aan de gemeente een exploitatietoelage. Het budget past in het MJP als de gemeentelijke toelage niet meer bedraagt dan wat in het MJP is goedgekeurd.

Er zijn 3 mogelijkheden:

• De gemeenteraad neemt akte van het budget wanneer het past binnen het meerjarenplan.
• De gemeenteraad keurt het budget goed bij afwijkende cijfers.
• De gemeenteraad past het budget aan.

Op 27 november 2023 ontving het gemeentebestuur de budgetten 2024 van onderstaande kerkfabrieken:

• Nijlen (Kessel) Sint-Lambertus
• Nijlen (Bevel) Onze-Lieve-Vrouw Ten Hemel Opgenomen
• Nijlen (Kessel) Onze-Lieve-Vrouw Koningin van de Vrede
• Nijlen Onze-Lieve-Vrouw
• Nijlen Sint-Willibrordus.

• artikel 52/1 §1: de gemeentebesturen passen de tekorten bij van de exploitatie van de kerkfabrieken en dragen bij in de investeringen in de gebouwen van de eredienst;
• artikel 41-43: de eredienstbesturen stellen een meerjarenplan vast dat onderworpen is aan het advies van het erkend representatief orgaan (het bisdom) en aan de goedkeuring van de gemeenteraad. De gemeenteraad kan het meerjarenplan goedkeuren, niet goedkeuren of aanpassen aan wat in het overleg met het centraal kerkbestuur is afgesproken;
• artikel 33: de afspraken die het centraal kerkbestuur maakt met de gemeente zijn bindend ten aanzien van de eredienstbesturen;
• artikel 46-49: de gemeenteraad neemt akte van het budget als het budget past in het meerjarenplan, dit wil zeggen als de gemeentelijke toelage niet meer bedraagt dan wat in het meerjarenplan is goedgekeurd. Als het budget niet past in het goedgekeurd meerjarenplan, kan de gemeenteraad het budget aanpassen aan het meerjarenplan, behalve wat de kosten betreft die betrekking hebben op het vieren van de eredienst.

• het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten, gewijzigd op 14 december 2012;
• het ministerieel besluit van 27 november 2006 tot vaststelling van de modellen van de boekhouding van de besturen van de eredienst, gewijzigd op 12 februari 2013.