De notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn dienen ter goedkeuring voorgelegd te worden aan de daaropvolgende raadszitting.
Artikel 32 en 74 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
Artikel 26 van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn, zoals vastgesteld in de raad voor maatschappelijk welzijn van 21 juni 2022.
De notulen en het zittingsverslag van de raad voor maatschappelijk welzijn van 9 mei 2023 zijn opgemaakt.
De notulen en het zittingsverslag kunnen worden goedgekeurd.
De notulen en het zittingsverslag van de raad voor maatschappelijk welzijn van 9 mei 2023 worden goedgekeurd.
Het OCMW is deelnemer van de dienstverlenende vereniging Cipal.
De oproeping tot de algemene vergadering van Cipal dv van donderdag 22 juni 2023 om 16.00 uur, die zal plaatsvinden in het Technologiehuis, Cipalstraat 3, 2440 Geel. Er bestaat ook de mogelijkheid om digitaal deel te nemen.
De agenda ziet er als volgt uit:
Het decreet lokaal bestuur en in het bijzonder de artikelen 77 en 78 inzake de bevoegdheid van de raad voor maatschappelijk welzijn en titel 3 inzake de intergemeentelijke samenwerking.
Titel 3 van het DLB inzake de intergemeentelijke samenwerking en in het bijzonder op art. 432, derde lid dat bepaalt dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient herhaald te worden voor elke algemene vergadering.
De statuten van Cipal.
Op basis van de bekomen documenten kunnen de agendapunten van de algemene vergadering van 22 juni 2023 van de dienstverlenende vereniging Cipal worden goedgekeurd.
Met de beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 12 maart 2019 werd schepen Luc Luyten aangesteld als effectief vertegenwoordiger en op 4 februari 2020 raadslid Annelies Van Looy als plaatsvervangend vertegenwoordiger van OCMW Nijlen op de algemene vergaderingen van Cipal en dit voor de ganse legislatuur.
De vertegenwoordiger dient gemandateerd te worden om te stemmen over de agendapunten van de algemene vergadering van Cipal, conform de beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn.
De agendapunten van de algemene vergadering van de dienstverlenende vereniging Cipal van 22 juni 2023 worden goedgekeurd.
De effectief en plaatsvervangend vertegenwoordiger van het OCMW, respectievelijk schepen Luc Luyten en raadslid Annelies Van Looy, worden gemandateerd om op de algemene vergadering van Cipal op 22 juni 2023 te handelen en te beslissen conform dit besluit. Indien deze algemene vergadering niet geldig zou kunnen beraadslagen of indien deze algemene vergadering om welke reden dan ook zou worden verdaagd, dan blijft de vertegenwoordiger van de gemeente gemachtigd om deel te nemen aan elke volgende vergadering met dezelfde agenda.
Het vast bureau wordt gelast met de uitvoering van dit besluit en in het bijzonder met het in kennis stellen daarvan aan Cipal.
Conform het decreet lokaal bestuur heeft het lokaal bestuur Nijlen in de gemeente- en OCMW raad van 11 juni 2019 het kader voor organisatiebeheersing goedgekeurd. Dit kader is gebaseerd op de leidraad organisatiebeheersing voor lokale besturen.
De algemeen directeur rapporteert jaarlijks aan het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad, de raad voor maatschappelijk welzijn en het vast bureau over de organisatiebeheersing. Die rapportering gebeurt jaarlijks uiterlijk voor 30 juni van het daaropvolgende jaar.
De laatste rapportering was op 15 juni 2021. Wegens het ontslag van de vorige algemeen directeur is de rapportering voor het jaar 2021 niet kunnen doorgaan. Om die reden wordt de rapportering voor het jaar 2021 en 2022 nu samengenomen.
Artikel 219 van het decreet over het lokaal bestuur, in werking sedert 1 januari 2019.
In het kader van organisatiebeheersing is het de taak van de algemeen directeur om jaarlijks te rapporteren in de raden van juni. Ter voorbereiding hiervan zullen ook steeds het managementteam en de leden van het vast bureau worden geïnformeerd.
Er wordt kennis genomen van de jaarlijkse rapportering organisatiebeheersing.
De OCMW-raad moet de jaarrekening goedkeuren in het eerste semester van het boekjaar dat volgt op datgene waarop de jaarrekening betrekking heeft.
De gemeente en haar OCMW vormen samen 1 rapporteringsentiteit voor de beleidsrapportering. Ze maken een geïntegreerde jaarrekening. Juridisch blijven het echter 2 afzonderlijke rechtspersonen. Dat betekent dat ze elk hun eigen bevoegdheid behouden in de procedure voor de vaststelling van de jaarrekening.
Om dat principe te concretiseren bepaalt het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur dat:
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, titel 4, hoofdstuk 1, afdeling 5 De jaarrekening.
Het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en latere wijzigingen.
Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de toelichting ervan en van de rekeningstelsels van de gemeenten, de provincies en OCMW's.
Budgettaire resultaat boekjaar 2022 |
5.784.025 |
|
Gecumuleerd budgettair resultaat vorige jaren |
5.849.281 |
| Gecumuleerd budgettair resultaat | 11.633.305 |
|
|
|
|
Autofinancieringsmarge |
959.808 |
|
|
|
|
Vlottende activa |
17.424.016 |
|
Vaste activa |
103.018.089 |
|
Totaal activa |
120.442.104 |
|
|
|
|
Schulden |
39.463.057 |
|
Netto-actief |
80.979.047 |
|
Totaal passiva |
120.442.104 |
|
|
|
|
Kosten |
41.213.204 |
|
Opbrengsten |
40.455.424 |
|
Overschot of tekort van het dienstjaar |
-757.780 |
|
|
|
|
Operationeel overschot of tekort |
-2.193.184 |
|
Financieel overschot of tekort |
1.435.404 |
De jaarrekening 2022 van het OCMW Nijlen, omvattende de financiële toestand 2022, de balans op 31 december 2022 en de staat van opbrengsten en kosten over het dienstjaar 2022 goed te keuren.
Op 16 januari 2023 werd een schrijven gericht aan burgemeester, voorzitter BCSD en algemeen directeur betreffende 'Capacity Building lokale partnerschappen'.
Vanaf 2024 zet Europa WSE de middelen voor sociale inclusie in via lokale partnerschappen. Deze lokale partnerschappen kunnen opstarten vanaf 1 januari 2024 met een vermoedelijke looptijd tot 31 december 2029.
Deze oproep zal streven naar duurzame, open en dynamische lokale partnerschappen, die op een holistische wijze aan de slag gaan met niet-beroepsactieven en de meest kwetsbare groepen met een complexe problematiek. Dit in functie van een versterkte participatie in de samenleving, inclusief maar niet uitsluitend, door werk. Gezien de focus op niet-beroepsactieven en kwetsbare werkzoekenden, zijn zowel het lokale bestuur als VDAB cruciale partners in deze toekomstige partnerschappen.
Het voorstel is om als gemeenten Heist-op-den-Berg, Berlaar, Lier en Nijlen een lokaal partnerschap te vormen.
Na de opstart van de lokale partnerschappen zal het ondersteuningsteam de lopende partnerschappen ondersteunen bij het opzetten van een lerende dienstverlening op maat van de klant.
Om het indienen van een projectvoorstel voor deze WSE oproep lokale partnerschappen 2023 mogelijk te maken zijn volgende voorbereidende stappen per lokale overheid noodzakelijk:
Deze voorbereidende stappen houden geen engagement in tot effectieve deelname aan de Europa WSE (ESF)projectoproep “lokale partnerschappen” 2023.
Op het college van 20 februari 2023 en het vast bureau van 27 februari 2023 werd reeds een engagement onder de vorm van een intentieverklaring ondertekend. Binnen deze intentieverklaring engageert lokaal bestuur Nijlen zich tot het:
Om de lokale partnerschappen vorm te geven werd intussen een omgevingsanalyse opgemaakt.
Op basis van de omgevingsanalyse lanceert Europa WSE samen met OCMW Lier, Heist-op-den-Berg, Nijlen en Berlaar een call for interest. De omgevingsanalyse wordt als addendum aan de call for interest toegevoegd. De call for interest en het addendum kan in bijlage worden teruggevonden.
OCMW Lier, Heist-op-den-Berg, Nijlen, Berlaar en VDAB doorlopen gezamenlijk de volledige matchingsprocedure. Deze bestaat uit 2 rondes
Europa WSE verplicht om de gemaakte beslissingen en afspraken formeel vast te leggen in een partnerschapsovereenkomst tussen de verschillende deelnemende lokale besturen (zie bijlage).
Europa WSE verplicht om de gemaakte beslissingen en afspraken formeel vast te leggen in een samenwerkingsovereenkomst tussen de verschillende deelnemende lokale besturen.
De raad voor maatschappelijk welzijn gaat akkoord met de partnerschapsovereenkomst matchingsproces in het kader van Capacity Building.
De Vlaamse regering voerde begin 2023 de mogelijkheid in dat lokale besturen langdurige werklozen verplicht aan het werk zetten. Wie twee jaar werkloos is, kan verplicht worden zes maanden lang maximaal 64 uur per maand – zo’n twee dagen per week – bepaalde taken uit te voeren. Aan de slag gaan bij de groendienst, kinderen begeleiden op de schoolbus of helpen in de kinderopvang. De Vlaamse regering voorziet in een zeer beperkte vergoeding van 1,30 euro per uur. Niet veel, maar wie weigert, riskeert een sanctie van de VDAB.
Wat is het standpunt van de meerderheid over het inzetten van bepaalde langdurig werklozen voor bepaalde taken die vandaag niet of onvoldoende uitgevoerd worden omwille van budgettaire redenen of omwille van personeelstekort. Zo tiert onkruid welig in bepaalde periodes van het jaar. Er is steevast een tekort aan gemachtigde opzichters. En nog al te vaak is het openbaar domein vervuild met zwerfvuil.
Ondanks het feit dat er natuurlijk ook nadelen zijn aan het systeem, lijkt dit toch wel in bepaalde gevallen een win win te kunnen zijn, waarbij zowel de betrokken werkloze als de gemeente baat hebben bij zo'n tewerkstelling.
Antwoord schepen Lien Du Four
Vanaf het begin dat er sprake was van de gemeenschapsdienst, zo’n 3 jaar geleden al, hebben we dit mee opgevolgd in verschillende overlegorganen met verschillende partners (zoals bv. de beleidsgroep Wijk-werken, de Welzijnskoepel, de besprekingen met VDAB in het kader van de samenwerkingsovereenkomst, …). Er was in het begin nog heel veel onduidelijkheid over hoe dit vorm ging krijgen. Er was ook een grote bezorgdheid voor de overlap met Wijk-werken.
We hebben nu reeds verschillende samenwerkingen (cfr. toelichting Capacity Building) voor intensieve trajecten voor langdurig werklozen. Enerzijds is er natuurlijk onze dienst arbeidstrajectbegeleiding voor ons eigen OCMW-cliënteel waar per persoon grondig bekeken wordt welk traject het beste past bij de situatie of welke stappen er nog gezet moeten worden om richting arbeidsmarkt te gaan. Art.60’ers kunnen onder constante begeleiding arbeidsattitudes aanleren binnen sociale economie bedrijven. Wanneer men langdurig werkloos is, maar wel min of meer zelfstandig kan werken, is een traject bij Wijk-werken mogelijks interessant. Indien enkel ondersteuning bij het solliciteren en vinden van jobs nodig is, is het infopunt werk (ondersteund door Igemo) hier zeer geschikt voor. Dit is toegankelijk voor iedere Nijlenaar die wat hulp kan gebruiken in de zoektocht naar werk. Wanneer de afstand tot de arbeidsmarkt nog heel groot is en intensievere trajecten nodig zijn, kan er doorverwezen worden naar een iCan, Moef of T3-traject waar er door onze partners vanuit hun expertise langdurig op verschillende domeinen wordt gewerkt.
Al deze trajecten vragen een stuk motivatie vanuit de persoon zelf om stappen vooruit te zetten. Dit wil niet zeggen dat we als OCMW onze cliënten hier helemaal vrij in laten. Onze maatschappelijke werkers wijzen zeer regelmatig hun cliënten op hun verplichtingen inzake werkwilligheid. Het gegeven van de verplichte gemeenschapsdienst gaat ons inziens in tegen deze intrinsieke motivatie die nodig is om eender welk traject te kunnen doen slagen.
Er worden vanuit de overheid inderdaad middelen voorzien om mentoren op te leiden (minstens 1 mentor per 3 plekken). Het is heel intensief voor de mentoren die de begeleiding van deze mensen moeten doen en elke 6 maanden opnieuw mensen moeten opstarten en terug laten inwerken. Onze ploegen van facility werken met meewerkende ploegleiders wat maakt dat deze personen het meest geschikt zouden zijn om zo’n mentorschap op zich te nemen. Dit is echter verre van evident wanneer je in bepaalde periodes mogelijks al met tekorten zit (wanneer we bv onvoldoende seizoensarbeiders vinden) om deze intensieve begeleiding er bovenop te nemen. Dit is ook niet evident voor de collega’s binnen de ploegen waarin deze personen moeten meedraaien.
We denken ook dat het beter is om naar een gepaste werkplek te gaan zoeken op basis van de interesses en capaciteiten van een persoon, dan iemand verplicht in een daartoe voorziene plek te duwen die mogelijks helemaal niet geschikt is. Wanneer iemand wel interesse heeft in één van de door jou genoemde jobs, is het veel duurzamer om in te zetten op de juiste opleiding en nodige werkattitudes alvorens te solliciteren voor deze job zodat de slaagkans veel groter is en er zicht is op een langdurig contract.
Om die redenen hebben we ervoor gekozen om niet op deze oproep in te gaan.
De raadsleden kunnen mondelinge vragen stellen.
Artikel 4 §4 van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn, zoals vastgesteld in de raad voor maatschappelijk welzijn van 21 juni 2022.
Na afhandeling van de agenda van de openbare vergadering kunnen de raadsleden mondelinge vragen stellen over OCMW aangelegenheden, die niet op de agenda van de raad staan. Deze mondelinge vragen worden ten laatste tijdens de volgende zitting beantwoord.
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van volgende mondelinge vragen:
- raadslid Leo Verelst vraagt om op de raad voor maatschappelijk welzijn van 12 september 2023 een overzicht te brengen met cijfers van alle activeringsprogramma's die in Nijlen actief zijn (I can, Moof, art. 60,....).