De notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn dienen ter goedkeuring voorgelegd te worden aan de daaropvolgende raadszitting.
Artikel 32 en 74 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
Artikel 26 van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn, zoals vastgesteld in de raad voor maatschappelijk welzijn van 21 juni 2022.
De notulen en het zittingsverslag van de raad voor maatschappelijk welzijn van 20 juni 2023 zijn opgemaakt.
De notulen en het zittingsverslag kunnen worden goedgekeurd.
De notulen en het zittingsverslag van de raad voor maatschappelijk welzijn van 20 juni 2023 worden goedgekeurd.
Op 1 juni 2023 ontving team hulpverlening een schrijven van smaakleverancier Veresto inzake een indextoepassing op de tarieven van de warme maaltijden aan huis.
De nieuwe tarieven zullen ingaan vanaf juli 2023 en blijven geldig voor 1 jaar.
De stijging van deze tarieven betekent een geschatte jaarlijkse meerkost van € 18 082,75 per jaar ten laste van het OCMW (ten opzichte van € 14 769,20 per jaar vorig jaar).
Een aanpassing van de retributie voor een warme maaltijd aan huis dringt zich daardoor op.
Team hulpverlening stelt voor om:
Retributie regulier tarief op te trekken van € 8,20/maaltijd -> € 8,50/maaltijd
Retributie sociaal tarief op te trekken van € 6,20/maaltijd -> € 6,50/maaltijd
=> dit resulteert in een geschatte jaarlijkse meerkost van € 15 635,09 ten laste van het OCMW.
Een voorstel dat financieel tegemoet komt aan de kosten voor het OCMW, maar nog steeds vanuit een sociaal en haalbaar oogpunt voor de cliënten.
De indextoepassing van smaakleverancier Veresto op de tarieven van de warme maaltijden aan huis heeft een financiële impact op de eigen inbreng van het OCMW.
Team hulpverlening ziet zich dan ook genoodzaakt om de retributie op de warme maaltijden aan huis te verhogen.
Omdat er met de warme maaltijden heel wat kwetsbare burgers bereikt worden, werd er gezocht naar een gulden middenweg. Een stijging van de retributie, maar met oog voor het sociale en hulpverlenende karakter van deze dienstverlening.
Omdat naast aandacht voor de financiële haalbaarheid voor de cliënten eveneens de gezondheid van de cliënt op de voorgrond staat, wordt er vanuit team hulpverlening bewust voor gekozen om de prijs voor een dieetmaaltijd niet te verhogen.
In het verleden werd er nooit een onderscheid gemaakt tussen een 'standaard' maaltijd en een 'dieet' maaltijd.
Toegang tot een dagelijkse evenwichtige warme maaltijd, indien nodig rekening houdend met de gezondheid van de cliënt, ziet team hulpverlening als een preventieve dienstverlening en opdracht.
Aangezien de retributie op de warme maaltijden wijzigt, dient eveneens het retributiereglement te worden vervangen.
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de indexaanpassing op de bijdrage voor de warme maaltijden aan huis.
De raad voor maatschappelijk welzijn geeft goedkeuring om het huidige retributiereglement op de bijdrage voor de warme maaltijden aan huis op 31 juli 2023 op te heffen.
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt het nieuwe retributiereglement op de bijdrage voor de warme maaltijden aan huis goed met ingang van 1 augustus 2023.
Voor de nieuwe woonmaatschappij Woonschakel Berg en Nete (opgericht vanaf 1 juli 2023) dient er een effectieve en plaatsvervangende vertegenwoordiger aangeduid te worden om deel uit te maken van de toewijzingsraad die de woonmaatschappij zal oprichten binnen het werkingsgebied Rivierenland - Oost, namelijk Berlaar, Nijlen, Heist-op-den-Berg en Putte.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikel 41 betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Het decreet van 9 juli 2021 houdende wijzigingen van diverse decreten met betrekking tot wonen, waarbij een regelgevend kader met betrekking tot de woonmaatschappijen wordt gecreëerd.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 2021 tot wijziging van verschillende besluiten over wonen.
De Vlaamse Codex Wonen van 2021 (VCW).
Het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 (BVCW).
Om een aanpak op maat te realiseren bij de toewijzing van sociale huurwoningen nemen de woonmaatschappijen het initiatief om een toewijzingsraad op te richten. De sociale verhuurders, lokale besturen en relevante welzijnsactoren kunnen op die manier in dialoog gaan met elkaar en afspraken maken, om een geïntegreerd en gedragen toewijzingsbeleid te realiseren.
In het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 (BVCW) wordt ruimte gelaten om bij het vastleggen van de toewijzingsregels sociale huur regionale en lokale accenten te leggen. Deze bepalingen worden opgenomen in een toewijzingsreglement. Hierbij wordt een grote rol toebedeeld aan de toewijzingsraad. De toewijzingsraad kan onder bepaalde voorwaarden passende maatregelen uitwerken in een toewijzingsreglement voor het (deel)werkingsgebied van de woonmaatschappij, waarbij wordt afgeweken van de standaardtoewijzingsregels, als de regionale of lokale situatie hierom vraagt. Hierdoor kan maximaal rekening worden gehouden met de specifieke noden.
Het BVCW bepaalt dat het in twee gevallen verantwoord is passende maatregelen uit te werken in een toewijzingsreglement, waar men kan afwijken van de standaardtoewijzingsregels. Een eigen toewijzingsbeleid kan worden ontwikkeld als men rekening wil houden met de langdurige woonbinding van de kandidaat-huurder of met de woonbehoeftigheid van specifieke doelgroepen. De opmaak van een toewijzingsreglement dient tot stand te komen in nauw overleg met alle relevante lokale (huisvestings - en welzijns-)actoren. De toewijzingsraad van het (deel-)werkingsgebied van de woonmaatschappij speelt hierin de trekkersrol en is verantwoordelijk voor de opmaak van een ontwerp van het toewijzingsreglement. Het BVCW biedt op die manier de kans om een dynamiek te scheppen waarin kan worden gestreefd naar een regionaal gedragen en geïntegreerd toewijzingsbeleid.
Alle gemeenten in het (deel)werkingsgebied zijn vertegenwoordigd in de toewijzingsraad. Relevante huisvestings- en welzijnsactoren kunnen zichzelf aanmelden om deel uit te maken van de toewijzingsraad als ze actief zijn in het (deel-)werkingsgebied van de woonmaatschappij. Als er geen consensus is over de samenstelling van de toewijzingsraad, beslist de woonmaatschappij over de samenstelling, waarbij ze rekening houdt met een evenwichtige samenstelling van de toewijzingsraad. De toezichthouder kan optreden wanneer de toewijzingsraad onvoldoende evenwichtig wordt samengesteld.
De toewijzingsraad heeft een beleidsmatige opdracht en een operationele opdracht. Dit wordt geregeld in artikel 6.23 van het BVCW.
Beleidsmatige opdracht
De toewijzingsraad stelt een ontwerp van toewijzingsreglement op. Hierin kunnen bepalingen over de verstrenging van de langdurige woonbinding en bepalingen voor specifieke doelgroepen worden opgenomen. De leden van de toewijzingsraad streven hierbij naar consensus. Als er geen consensus is, kunnen de deelnemende gemeenten van de toewijzingsraad specifiek voor hun gemeenten over deze bepalingen beslissen.
Voor het opnemen van een bepaling over de langdurige woonbinding met het (deels)werkingsgebied is in ieder geval consensus tussen de gemeenten van het (deel)werkingsgebied vereist.
Operationele opdracht
De toewijzingsraad staat ook in voor de praktische uitvoering van de regels die betrekking hebben op de versnelde toewijzingen en de toewijzingen aan specifieke doelgroepen. De toewijzingsraad kan afspraken maken over de werkwijze met betrekking tot de aanmelding en begeleiding van kandidaat-huurders en huurders. Deze afspraken worden opgenomen in het huishoudelijk reglement van de toewijzingsraad.
Volgende persoon wordt aangeduid als plaatsvervangende vertegenwoordiger om de gemeente Nijlen te vertegenwoordigen in de toewijzingsraad van de woonmaatschappij Woonschakel Berg en Nete binnen het werkingsgebied Rivierenland-Oost:
Mondelinge vragen van de raadsleden tijdens de vergadering.
Artikel 4 §4 van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn, zoals vastgesteld in de raad voor maatschappelijk welzijn van 21 juni 2022.
Na afhandeling van de agenda van de openbare vergadering kunnen de raadsleden mondelinge vragen stellen over OCMW aangelegenheden, die niet op de agenda van de raad staan. Deze mondelinge vragen worden ten laatste tijdens de volgende zitting beantwoord.
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de mondelinge vragen:
- raadslid Leo Verelst verwijst naar het krantenartikel waarin wordt bericht over de uitspraak in het vonnis betreft 't Vlammeke en vraagt hoe het bestuur hiermee zal omgaan. Hij vraagt in de volgende raad voor maatschappelijk welzijn een overzicht van de bedragen die zijn 'afgetroggeld' van de slachtoffers en hoeveel hiervan intussen reeds werd teruggevorderd.