In de gemeenteraad van 6 september 2022 werd een retributiereglement voor de aanrekening van administratieve kosten, ten gevolge van niet-tijdige betaling van facturen, goedgekeurd
In het Belgisch Staatsblad verscheen op 23 mei 2023 de wet van 4 mei 2023 "houdende invoeging van boek XIX Schulden van de consument in het Wetboek van economisch recht". Deze wetgeving voorziet een aantal wijzigingen die een impact hebben op dit retributiereglement. De wetswijziging heeft volgende gevolgen: consumenten hebben na ontvangst van de eerste herinneringsbrief minstens 14 kalenderdagen de tijd om hun schuld af te lossen, zonder extra kosten. Als de factuur dan nog niet betaald is, kunnen verwijlintresten en/of kosten worden aangerekend maar die zijn wel geplafonneerd.
Omwille van deze nieuwe wetgeving ter bescherming van consumenten wordt er een onderscheid gemaakt tussen GAS-boetes, fiscale vorderingen en niet-fiscale vorderingen ten laste van niet-consumenten enerzijds en niet-fiscale vorderingen ten laste van consumenten anderzijds.
Artikel 173 van de Grondwet;
Artikel 40 § 3, artikel 41 °14, artikel 177 van het Decreet over het Lokaal Bestuur:
Omzendbrief van de Vlaamse Regering betreffende de gemeentefiscaliteit dd. 15 februari 2019;
Invorderingswetboek;
Wetboek van economisch recht van 28 februari 2013;
De wet van 4 mei "houdende invoeging van boek XIX Schulden van de consument in het Wetboek van economisch recht"
De niet-tijdige betaling van schulden door consumenten brengt administratieve prestaties en kosten met zich mee voor de gemeente. Het is aangewezen deze kosten te recupereren bij de nalatige schuldenaar. De tot op heden aangerekende retributie wordt ingevolge de hogere wetgeving geplafonneerd voor de consument.
De consument, zoals gedefinieerd in boek I van het wetboek van economisch recht van 28 februari 2013, is iedere natuurlijke persoon die handelt voor doeleinden die buiten zijn handels-, bedrijfs-, ambachts-, of beroepsactiviteit vallen).
De gemeenteraad keurt het retributiereglement goed inzake de aanrekening van kosten naar aanleiding van de invorderingsprocedure van niet-fiscale vorderingen (uitgezonderd GAS-boetes) ten laste van consumenten.