De gemeente Nijlen ondertekende het Lokaal Energie- en Klimaatpact 1.0, 2.0 en 2.1 respectievelijk op 7 september 2021, op 8 november 2022 en op 5 juni 2023.
Binnen het Lokaal Energie- en Klimaatpact moet een jaarlijkse financiële rapportering met betrekking tot de voortgang opgemaakt worden die na voorlegging aan de gemeenteraad bij Agentschap Binnenlands Bestuur moet ingediend worden.
Op 3 september 2019 onderschreef de gemeenteraad het burgemeestersconvenant, in de Kempen gekend onder de naam ’Kempen2030’.
In dit kader werd het gemeentelijk energie- en klimaatactieplan Kempen2030 goedgekeurd op de gemeenteraad van 15 juni 2021.
Op 4 juni 2021 keurde de Vlaamse Regering het Lokaal Energie- en Klimaatpact goed. Het pact wil de Vlaamse steden en gemeenten ondersteunen in het behalen van concrete doelstellingen en bouwt voort op reeds ingeburgerde initiatieven zoals het Burgemeestersconvenant 2030. De focus ligt op vier werven: vergroening, energie, mobiliteit en regenwater.
Art. 2 van het Decreet Lokaal Bestuur: “De gemeenten zijn overeenkomstig artikel 41 van de Grondwet bevoegd voor de aangelegenheden van gemeentelijk belang. Voor de verwezenlijking daarvan kunnen ze alle initiatieven nemen. Ze beogen om bij te dragen aan de duurzame ontwikkeling van het gemeentelijk gebied.”
Tot en met 2023 gebeurde de financiële rapportering van het Lokaal Energie- en Klimaatpact door toewijzing van codes in de jaarrekening. Vanaf 2024 wordt voor de financiële rapportering een nieuw model voorgelegd waarmee deze aan de gemeenteraad moet worden voorgesteld volgend op de inhoudelijke rapportering. De tabel moet vervolgens worden ingediend bij het Agentschap Binnenlands Bestuur van de Vlaamse overheid.
Voor 2024 ontving gemeente Nijlen volgende bijdragen voor het Lokaal Energie- en Klimaatpact:
LEKP 1.0: € 89.147,07
LEKP 2.0: € 31.026,09
LEKP 2.1: € 51.721,57
Onder de voorwaarde van cofinanciering 50% moet voor het totaal bedrag van € 171 894,73 de uitgave van € 343 789,46 worden verantwoord.
Investeringskosten in patrimonium mogen hierbij niet worden ingebracht, studies en opmaak van plannen of begeleiding mogen wel worden aangerekend. Kosten die reeds werden gesubsidieerd via Kopenhagenfonds of Fietsfonds mogen niet worden ingebracht.
Personeelskosten voor specifieke inzet op de uitdagingen in het Lokaal Energie- en Klimaatpact mogen hierop worden verantwoord. Met verschillende uitgaven voor opmaak en opvolging van plannen, begeleiding en specifieke kosten daarbij wordt een totaal bedrag van € 432 264,12 verantwoord, wat boven de cofinancieringsdrempel is.
De gemeenteraad neemt kennis van de financiële rapportering 2024 in verband met het Lokaal Energie- en Klimaatpact.